In de periode voor 2018 hebben we de bekleding van de punt van de achtergevel eraf gehaald. Dat waren oude leistenen op dunne planken. In de plaats hiervan zijn dikkere planken met als voorlopige bedekking een laag dakleer. T.z.t. komen hier weer nieuwe Schiefer op.
Het vakwerk van de eerste verdieping hebben we deel leeg gemaakt omdat dat een inpandig terras moet komen. De ene hoek is al vernieuwd/aangepast en de andere hoek moet nog gedaan worden (want daar ontbreekt een stuk vakwerk. Op de begane grond is een boogingang gekomen en verder hebben we daar eigenlijk niets gedaan.
De afgelopen jaren wordt het vakwerk aan het zicht onttrokken door een zeil, om te voorkomen dat de gevel nat wordt.
Ze zeggen dat een foto meer zegt dan 1.000 woorden en als dat zo is, dan staat hier een heel “boek” in de vorm van een fotoserie vanaf 2012.
2018
16 mei 2018 – in de periode dat het slap was in de bouw hebben we tweedehands spul voor een buizensteiger gekocht. Dat heeft een tijd in de Scheune gelegen, maar nu gaan we het gebruiken om een steiger bij de achtergevel te maken. Die is nodig, omdat we boven het vakwerk van de achtergevel een overstek willen maken.
Los van het esthetische effect (we denken dat het mooi staat) doen we dit om het vakwerk eronder droger te houden. Dit steekt -evenals de stenen muur eronder- aan de onderkant wat naar buiten, waardoor het nat wordt. In de loop der eeuwen is mede hierdoor de onderbalk deels verrot. Voordat we dat gaan herstellen, willen we eerst de oorzaak zo goed mogelijk aanpakken.
De overstek wordt zo’n 40 cm breed en moet gelijk vallen met de overstek van het puntdak. Ook moet die vrij stevig zijn, want t.z.t. komen er de nodige kilo’s aan Schiefer (leisteen) op.
We hebben het eerste stuk van de steiger gemaakt; die moest over de varkensstal heen en staat op de muur van het gangetje.
16 mei 2018 – we zijn begonnen aan de overstek (afdakje) op de achtergevel. Als Die moet toch nog redelijk stevig worden, omdat er leistenen (Schiefer) op komen, met een gewicht van een paar honderd kilo. De planken komen daarom op steunbalkjes te liggen die we op de gevel zetten. Met lange schroeven (ca. 20 cm) worden ze op het vakwerk geschroefd en er komt een ondersteuningsplankje onder.
We hebben er om te beginnen 3 op gezet en gaan eerst de steiger vergroten om een richtsnoer te kunnen spannen om het zoveel mogelijk in één lijn te krijgen.
8 juni 2018 – we zijn verder gegaan met de steiger bij de achtergevel. Vorige keer hebben we een klein stukje afdak gemaakt en nu moet de rest nog. Het is alleen de vraag of we genoeg steigermateriaal hebben en daar komen we morgen achter als we verder gaan.
9 juni 2018 – we hebben de steiger afgebouwd; we hadden precies genoeg om goed bij de te maken dakrand te kunnen, maar te weinig om ook nog het dak op te kunnen. Het was inmiddels al weer tegen zevenen, dus het werk aan de dakrand moet wachten tot een volgende keer.
14 juli 2018 – de rest van de werkdag hebben we gevuld met de achtergevel. We hadden het idee om een richtsnoer te spannen voor bovenkant van het “afdakje” (overstek), maar toen we die enigszins horizontaal waterpas gespannen hadden over de hele breedte van de gevel, klopt het niet met het vakwerk en het dak. We hadden natuurlijk kunnen weten dat niet alles recht is (want bijna niets is hier rechts) en we gaan nu uit van de onderkant van de planken van de achtergevel.
De laatste steun die we er de vorige keer opgezet hebben, zat niet helemaal goed vast en die hebben we losgemaakt en opnieuw vastgezet. Daarna hebben we nog een paar steunen gemaakt die er de volgende keer op komen.
20 juli 2018 – in Scheune hebben we opgeruimd en wat spullen verplaatst om beter te kunnen werken. In dit geval is dat het werken aan de overstek aan de achtergevel. We hebben er weer 1 steun op gezet en er 7 gemaakt om er morgen op te zetten.
21 juli 2018 – het was de bedoeling om de gister gemaakte steunen voor de overstek op de gevel te zetten, maar we besloten om eerst planken op het uiteinde te doen. Dit was een aardig gepuzzel, want er zat het nodige verstek bij. Er was zelfs een plank die op 3 plaatsen in verstek gezaagd moest worden, waarvan 2 met dubbel verstek. Met het nodige heen en weer lopen en meten lukte het en even later zou het stukje al de eerste regen tegen houden.
“Dankzij” de regen later in de middag konden we zien dat de overstek nut heeft, want alleen daar onder was het hout droog! Ook zagen we terecht het vakwerk aan de rechterkant aan het aanpassen zijn, want alleen het stuk wat we eraf willen zagen wordt nat.
24 juli 2018 – de achtergevel lag nog in de schaduw en we hebben er weer 2 steunen voor de overstek opgezet. We konden er ook nog wat planken opzetten en een stuk dakbedekking voordat zon erop begon te schijnen. De achterste anderhalve meter is af en dat geeft een goed idee hoe het gaat worden.
25 juli 2018 – aan de achtergevel zijn we verder gegaan met de overstek. De los gemaakte dakbedekking (of beter gevelbedekking) scheurde over een lengte van een paar meter af, maar gelukkig op de goede plaats. Het streven was om zoveel mogelijk te doen voordat de zon erop ging schijnen.
Dit lukte niet helemaal, want bij het laatste werk stonden we toch in de zon en waren de metalen steigerbuizen behoorlijk warm. Ondanks dit hebben we er weer 4 steunen en een paar meter beplankt. Nog 1 werkdag en het zou af kunnen zijn als er niets onverwachts gebeurt.
26 juli 2018 – het werk aan de overstek vlotte niet zo erg, want het duurde langer dan gepland om het eind stuk met de 5 verstekken te maken. Hierbij hadden we ook nog te maken met in- en uitvliegende wespen. Binnen konden we niets vinden, maar het lijkt erop dat er ergens een wespennest zit. De planning is nu om de overstek morgen af te krijgen.
27 juli 2018 – het werk was deels een kopie van gister; een laag Feinputz op het vakwerk tussen de koeienstal en de keuken doen en werken aan de overstek. Voor het einde van de werkdag waren we klaar met de overstek en zat er een stuk dakleer op. We hebben er zelfs een paar Schiefers opgezet, al zijn dat wel nep- oftewel Hollywood Schiefer. Die hebben we ooit gekocht om te kijken of dat bruikbaar is tussen zonnecellen. Het was nog steeds de bedoeling om eer een paar om het dak te zetten als test en dat hebben we nu dus gedaan.
28 juli 2018 – de dag begon met een gezapig regenbuitje; goed voor de tuin en een eerste testje van de overstek. Het hout wat er direct onder zit bleef droog, maar voor een echte test moet het harder regenen en moeten de steiger en het zeil voor het vakwerk eigenlijk ook weg.
2019
12 juli 2019 – boven de ramen van de achtergevel moet nog een schuine plank komen als een soort afdakje, om de ramen en het hout te beschermen tegen regen. Dit moet gebeuren voordat de dakdekkers komen. We dachten eerst een steiger te maken, maar daar gaat behoorlijk wat tijd in zitten en bovendien zouden we een andere steiger moeten afbreken om genoeg materiaal te hebben. We gaan het nu eerst proberen met een lange ladder. Dat wordt morgen, want het regende nu te hard.
13 juli 2019 – met een ladder ging het niet goed, dus hebben we een soort vloertje gemaakt van steigerbuizen, wat door de ramen van de achtergevel heen steekt, met daarop wat steigerplanken. Aan de binnenkant, in de puntkamer, hebben we de buizen goed vastgezet, zodat er niets kan gebeuren.
Tijd om aan de rand boven de ramen te werken was er niet meer, want er zat nog een uiteinde van een oude balk in de weg. Aan de binnenkant hadden we de balk al een paar jaar geleden afgezaagd, maar dit stukje was blijven zitten. Er was nog wel tijd om het stukje weg te halen en een nieuw plankje voor de gevel te zagen, maar de rest moet nog even wachten.
25 juli 2019 – bij het afdakje boven de ramen in de puntkamer hadden we de vorige keer een restant van een balk verwijderd. We kregen die er niet anders uit dan in stukken en omdat een korter deel weer terug moet, hebben we de stukken aan elkaar gelijmd.
26 juli 2019 – het lijmen van het stukje balk was goed gelukt, alles zat goed vast toen we de klemmen er afgehaald hadden. Omdat de zon ’s ochtends niet op de achtergevel staat, zijn we daar gaan werken aan het randje boven de ramen. Dit begint zoals wel vaker met het opmeten en het maken van proefstukjes om te kijken hoe het eruit moet komen te zien. Toen we dit voor ogen hadden, konden we de planken gaan zagen, deels in verstek zodat het goed aansluit. Voor de dakdekkers is dit misschien niet nodig, maar kwaad kan het ook niet.
27 juli 2019 – vandaag zou het afdakje boven de ramen in de achtergevel erop moeten en we begonnen met de onderkant. Met een lijmklem hadden we op de juiste hoogte een steuntje gemaakt waarop we de onderkant konden zetten. We hebben lange schroeven gebruikt, die door de gevelbeplanking heen in de eikenhouten balken zitten.
Daarna was de bovenkant aan de beurt en het was wat lastig schuine plank op de juiste plaats te houden, maar nadat de eerste spijker erin zat kon die vrij gemakkelijk vastgeschroefd worden. Als laatste hebben we er aan de kopse kanten 2 driehoekjes in gezet, om te voorkomen dat er een insecten hotel boven ons slaapkamerraam ontstaat.
Nu het houtwerk af was, kon er een nieuwe strook dakleer op. Aanvankelijk wilden we de oude stukken hergebruiken, maar daar zaten teveel gaten en scheuren in. Net toen het erop zat begon het weer te regenen en kon het meteen z’n nut bewijzen.
De vorige keer hadden we met de nodige moeite een oud stukje balk wat naar buiten stak verwijderd. Nu bleek dat dit niet in de weg zou hebben gezeten en vroegen we ons af waarom we dat weggehaald hadden. Omdat het ons toch wel leuk leek als je buiten het uiteinde van een oude balk zou zien, hebben we het maar weer teruggezet. Hierbij hebben we de oude pen-gat verbinding die daar zat weer in ere hersteld, Nadat we de resten van de oude pen verwijderd hadden en er een nieuw ingeslagen hadden, zat het eigenlijk muurvast, maar voor de zekerheid hebben we er nog een schroef ingezet. Om het beter af te dichten hebben we er hier en daar nog een stukje hout tussen geslagen. We konden er niet overal goed bij omdat er een stuk zeil in de weg zit, dus dat doen we als het raam erin zit.
Als afsluitend karweitje hebben we al het hout wat in het zicht blijft schoongemaakt en geïmpregneerd en gaan we het de volgende keer in de Halböl (soort primer voor lijnolieverf) zetten.
2 augustus 2019 – 0p het hout van het afdakje boven de ramen in de achtergevel wat in het zicht blijft hebben, hebben we Halböl (halfolie) gedaan. Dit is een soort grondmiddel voor de lijnolieverf die er daarna opkomt, ook hier weer in de voor vakwerkhuizen kenmerkende kleur Oxenblutrot.
3 augustus 2019 – op het zichthoutwerk van het afdakje boven de ramen en het hout in de raamopening hebben we een laag lijnolieverf in de kleur Oxenblutrot gedaan. Wat er zichtbaar blijft nadat de ramen erin zitten weten we niet precies, maar we gaan ervanuit dat een laagje verf geen kwaad kan. We konden niet overal goed bij en voor 1 van de kopse kanten hadden we een spiegel nodig. Als de steiger weg is, dan doen we de stukken waar we nu niet bij konden.
9 augustus 2019 – het eerste karweitje was het afbreken van de steiger in de puntkamer, zodat we daarna de kamer konden opruimen. Dit is nodig omdat ze over een paar weken de ramen komen plaatsen.
14 augustus 2019 – door de steiger waren er plekken in de raamopeningen van de achtergevel waar we niet bij konden komen met schoonmaken, Halböl en Oxenblutrot. Nu de steiger weg was, konden we er van binnenuit redelijk makkelijk bij. ’s Ochtends hebben we er een grondlaag Halböl op gedaan en ’s middag lijnolieverf in de kleur oxiderood.
6 september 2019 – in de achtergevel moesten de ramen in het oude niet-rechte vakwerk komen, wat bovendien op bepaalde plaatsen behoorlijk aangetast was door de tand des tijds. Het lastigste kozijn werd er het eerste ingezet en dat gaf meteen de maten voor de plaats van de andere 3 kozijnen. Het plaatsen daarvan ging sneller en daarna konden de ramen erin.
Helemaal af is het nog niet, aan de binnenkant moeten er nog afwerklatjes komen en aan de buitenkant moet het stukje dakleer t.z.t. vervangen worden door een vensterbank. Dat zal volgend jaar worden als de dakdekkers leisteen (Schiefer) op het dak en de achtergevel gaan doen.
2020
12 oktober 2020 – eindelijk komen er Schiefer op de achtergevel en het dak. Vandaag zijn de steigers gezet en morgen begint het echt.
13 oktober 2020 – de dakdekkers hebben de goot vervangen door een bredere goot, die zou het water beter afvoeren bij een stortregen. De rest van de oude dakbedekking ging eraf, ook op de achtergevel. Overal zit nu folie, die waterdicht is. Als het goed is blijft het binnen droog.
Het echte verfwerk vond vandaag plaats aan de achtergevel, waar de randen van het puntdak en de overstek de eerste laag Oxenblutrot kregen. Dit gaat relatief makkelijk nu er een steiger staat en als de dakdekkers weg zijn is er voor het donker wordt precies genoeg tijd.
14 oktober 2020 – na het vertrek van de dakdekkers kregen de randen en onderkant van het dak bij de achtergevel de 2e laag Oxenblutrot. In principe is het hiermee klaar, want 2 lagen is genoeg. Voor de zekerheid doen we er waarschijnlijk nog een 3e laag op. Later kunnen we er niet goed meer bij. Tegen een Schiefel gevel kun je geen ladder zetten en je zet ook niet zomaar even een steiger neer.
15 oktober 2020 – 0mdat de dakdekkers er niet waren konden we toen het droog was op ons gemak de randen van de achtergevel een 3e -en waarschijnlijk laatste- laag Oxenblutrot geven.
In de achtergevel zitten de balken verder van elkaar dan op het dak, met als gevolg dat de sommige planken veren als je er een spijker in slaat. Dat is lastig bij het schieferen en daarom hadden de dakdekkers gevraagd of we aan de binnenkant wat planken op de achtergevel in de puntkamer konden schroeven om het trillen de verminderen.
Vandaag was een mooie gelegenheid om dit te doen, want zonder dakdekkers was het binnen ouderwets rustig.
16 oktober 2020 – toen de dakdekkers weg waren hebben we op de achtergevel toch nog een 4e laag Oxenblutrot op de randen en de onderkant van het dak gedaan. Dit was echt de laatste laag.
22 oktober 2020 – op 3 juli 2009 stond er ook een steiger bij de achtergevel die wat met Schiefers te maken had. Toen moesten de Schiefers eraf vanwege de grote verbouwing (in eerste instantie meer ‘sloop’) die er aan zat te komen. Daarna volgde een periode van ruim 4.100 dagen met een Schiefer-loze achtergevel. Vandaag was dus een bijzonder dag, want de dakdekkers begonnen aan de achtergevel!
In principe willen we het pand qua uiterlijk zoveel mogelijk terug brengen in de oude staat, maar we hebben de achtergevel toch op een aantal punten aangepast. De dakoverstek is iets groter, waardoor de gevel beter beschermd wordt en het staat ook mooier. Ook worden onder de overstek de Schiefers in een iets ander patroon gelegd. De 2 raamloze gaten (vrij tochtig voor een slaapkamer) zijn vervangen door 4 ramen. Boven het vakwerk zit nu ook een overstek, die moet voorkomen (en dat ook doet) dat het hout nat wordt. De onderkant van het vakwerk steekt iets naar buiten en heeft jarenlang regen e.d. opgevangen. Dit heeft het hout hier en daar behoorlijk aangetast en dat wordt nu voorkomen.
26 oktober 2020 – de schuine kant van het dak is bijna klaar en dus zijn de dakdekkers ook volop bezig met de achtergevel. Eerst de overstek en daarna de driehoek die naar boven toe steeds kleiner wordt. Ook hier wordt van onder naar boven gewerkt en vallen de Schiefers over elkaar heen om het water aan de buitenkant af te voeren. Voor verticale gevels zijn er ook verschillende patronen en wij hebben gekozen voor eenvoudige horizontale lijnen.
28 oktober 2020 – het achterste deel van het pand heeft eigenlijk een vrij eenvoudige bouw, zonder tierelantijnen. Al eerder verbaasde men zich erover dat we in de koeienstal geen sierlijke vensterbank wilde hebben en ook de achtergevel moest passen bij de rest. Geen overmatige versieringen dus en geen afwijkende Schiefer patronen.
Helemaal “kaal” wordt het echter ook niet, want in de punt komt een soort zon en daar zijn ze vandaag aan begonnen. De onderste helft van de zon is af en de andere helft komt morgen.
29 oktober 2020 – vandaag was het figuurlijk een zonnige dag, want de bovenste helft van de Schieferzon in de achtergevel werd afgemaakt. Daarna ook het stuk eromheen en de randen langs het dak. Hiermee was de hele achtergevel af. Het is mooi geworden, precies zoals we voor ogen hadden.
31 oktober 2020 – het was droog vandaag, zodat we ook buiten wat konden doen. Het kastanjerapen is een soort seizoenswerk, want het komt elk jaar terug zolang de grote kastanjeboom van de buren er staat. Die staat er mogelijk al een eeuw en zal er voorlopig nog wel blijven staan.
2021
12 juni 2021 – vanaf de tuin heb je een goed uitzicht op de achtergevel en 2 dingen vallen meteen in het oog; de mooie geschieferde punt met 4 ramen en een enorm lelijk blauw zeil. De laatste is dermate ontsierend, dat we dit gaan vervangen door transparant plastic. De maten hiervoor hebben we vandaag opgemeten.
26 juni 2021 – toen was het vervangen van het zeil van de achtergevel aan de beurt. Aan de rechterkant wordt het lelijke blauwe zeil wat voor het vakwerk zit, vervangen door wit zeil achter het vakwerk. Vooruitlopend op de definitieve aanblik van een Oxenblutrot vakwerk met witte kalkvulling geeft dit al vast een klein beetje een idee hoe het er t.z.t. uit komt te zien.
Omdat bij de rechter hoek zo’n 1,5 m vakwerk inclusief de hoekstaander ontbreekt hebben we eerst met een plaat OSB en wat planken een constructie gemaakt om het zeil op vast te maken. Daarna hebben we het zeil met latjes achter op het vakwerk gezet. De tijd was te kort om het af te maken, dus de volgende keer gaan we verder en maken we er ook een gat voor het raam in.
3 juli 2021 – de punt van de achtergevel, waar vorig jaar de leien op gekomen zijn, wordt aan de binnenkant tussen de vakwerkbalken geïsoleerd met houtvezel isolatieplaten van ca. 8,5 cm dik. Als afdeklaag komt er leemstuc op met witte leemverf. Al met al niet de beste isolatie in de huidige tijd, maar er is geen ruimte voor meer isolatie.
We zijn er nog niet helemaal uit hoe we de platen vast gaan zetten. Vandaag de eerste test met montagekit, waarbij we de isolatie in het eerst vak met klemmen aangedrukt hebben (= lastig en kost veel tijd) en in het tweede vak zonder klemmen aangedrukt hebben (hopelijk werkt dat). Morgen kunnen we het resultaat bekijken.
De rest van de dag hebben we aan het zeil van de terraskamer gewerkt. Dit witte zeil, wat aan de binnenkant van het vakwerk komt, vervangt het huidige lelijke blauwe zeil aan de buitenkant. Tegelijkertijd moet het zeil ook “katdicht” vastgemaakt worden, waardoor het wat meer tijd kost. Het witte zeil is nu af, inclusief de raamopening met doorzichtig plastic. Volgende keer kan het blauwe zeil eraf en kunnen we het zeil voor het terrasvakwerk doen.
4 juli 2021 – gister hadden we als test 2 isolatieplaten op de achtergevel gelijmd en het was de vraag of ze goed vast zaten. Dat was gelukkig het geval, dus hoeven we ze niet met klemmen vast te zetten. Tegen de montagekit drukken is voldoende. We kunnen de rest zagen en moeten een manier vinden om de spleten tussen isolatie en vakwerk dichten te maken.
9 juli 2021 – bij het witte zeil waren we een klein stukje vergeten en dat hebben we nu dichtgemaakt.
10 juli 2021 – op het vakwerk van het toekomstige inpandige terras komt tijdelijk doorzichtig plastic. Dit omdat er binnen nog wanden geheel of gedeeltelijk ontbreken en we niet willen, dat regen wind, vliegend ongedierte en katten vrij naar binnen kunnen. We kregen het net niet af, dus volgende keer verder.
Het andere deel, met het witte zeil, was wel grotendeels af en de helft van het blauwe zeil kon eraf. Het ziet er vanaf de tuin meteen heel anders uit en het stimuleert om verder te gaan met de rest van de gevel.
23 juli 2021 – het laatste stuk van het doorzichtige plastic op het vakwerk van het toekomstige inpandige terras zit erop. In 1 vak zit een soort raamwerkje waardoor het er makkelijk uit kan zodat lange voorwerpen via het gat van en naar de tuin kunnen.
Daarna kon het laatste deel van het blauwe zeil van de achtergevel af. Niet alleen hebben we nu een goed beeld van de toekomstige aanblik, maar ook is het binnen een stuk lichter.
2022
Niet gewerkt aan de achtergevel.
2023
15 juni 2023 – omdat de wrakkige deur ook de achtergevel ontsierde, was het eigenlijk wel eens tijd om de deur te slopen en dat is vandaag gebeurd. Misschien is het hout nog bruikbaar als brandhout, vandaar de term branddeur. Het blauwe zeil wat jarenlang voor de boogopening hing hebben we kortgeleden ook weggehaald en ook dit gaf de achtergevel een beter aanzien.
30 juni 2023 – we gaan ons nu storten op badkamer2 en het terras, maar voor we hier echt kunnen werken, moet ook het vakwerk van de achtergevel opgeknapt worden. Hier en daar zitten slechte stukken hout tussen en in de rechter hoek (van buitenaf gezien) ontbreken zelfs een staander, een schoor en wat andere stukjes vakwerk.
Om hier aan de buitenkant fatsoenlijk bij te kunnen, hebben we een steiger gemaakt voor het terrasgedeelte. Voor het deel voor badkamer2 staat o.a. het oude varkenshok en waarschijnlijk maken we hier weer dezelfde steiger als voorheen.
1 juli 2023 – de achtergevelsteiger heeft nu een leuning gekregen en is klaar voor gebruik. Tijdens het werk zal blijken of je van binnenuit of buitenaf het beste bij het vakwerk kunt. Als eerste staat het schoonmaken van het vakwerk op het programma, zodat ook te zien welke stukken hout slecht zijn en vervangen moeten worden.
De huidige vakverdeling van het vakwerk van de achtergevel komt niet overeen met de maten van de ramen die we voor badkamer2 in gedachte hebben. De breedte laten we zoals die is, maar de hoogte wordt anders.
Om te bekijken welke hoogte past, hebben we de stenen vakwerkvulling uit de vakken gehaald en de 2 bovenregels doorgezaagd. Ook hebben we geconstateerd dat er het nodige hout van het vakwerk vervangen moet worden.
2 juli 2023 – van de – van buitenaf gezien – rechterkant van het vakwerk van de achtergevel, hebben we de maten opgenomen van de ontbrekende balken en van een staander die deels vervangen moet worden. In de houtvoorraad hebben we mogelijk wat bruikbaars gevonden en volgende week gaan we kijken of dit hout te verzagen is tot bruikbare stukken.
7 juli 2023 – een van de actuele karweitjes is de achtergevel en dan met name het vakwerkdeel waar we een badkamer gepland hebben. Hier moet het nodige aan gebeuren, want er ontbreken balken en er zitten zeer slechte balken in. Zo is er een staander, die eigenlijk een ‘hanger’ is; de onderkant, bij de verbinding met de onderbalk (Schwelle) is dusdanig weggerot, dat er nul komma nul draagkracht over is.
Door het anti-katten, -inregen en -ongedierte zeil, kun je er niet makkelijk bij, dus gaan we het zeil verhangen. Hierbij zou er een ongewenste open ruimte tussen de plafondbalken van de Scheune ontstaan en die hebben we om te beginnen dichtgemaakt met reststukken OSB.
25 juli 2023 – dit zou een vakwerkwerkweek gaan worden en droog weer is dan welkom. Dat ziet er vooralsnog niet echt naar uit en dus beginnen we met voorbereidend werk wat we binnen kunnen doen. Dit is o.a. een testbalkje (Riegel) maken van een oud stuk balk uit de varkensstal. Toen het laat in de middag droog was, hebben we de stukken van de afgezaagde tappen uit het vakwerk gehaald en een Riegel, die aan 1 kant helemaal doorgerot en/of doorgeknaagd was.
26 juli 2023 – het proefbalkje, oftewel vakwerkregel (Riegel), in de stijl van de oude die nog in het vakwerk zitten, waar we gister aan begonnen waren, is af en lijkt bruikbaar “in het echt”. Als 2e test hebben we in een reststuk een tapgat gemaakt van ca. 3 cm diep en ook dit was – op een enkel schoonheidsfoutje na – acceptabel.
Het volgende karweitje was het verwijderen van de hangende staander. De draagkracht hiervan is nul en de onderkant is weggerot. De pen van de pen-gatverbinding aan de bovenkant eruit slaan ging niet; dat moet van binnen naar buiten en binnen zit er een nieuwe balk voor. We hebben de pen daarom uitgeboord met een redelijk grote boor, waardoor die zo slap werd dat die gemakkelijk af te breken was.
De vraag is nu of een deel van de staander nog te gebruiken is.
Nu de staander weg was, was de onderbalk – waarvan het uiteinde verrot is en de laatste 1,5 meter ontbreekt – beter bereikbaar. Om een idee van de staat van het hout te krijgen, hebben we de laatste 25 cm eraf gezaagd en toen bleek dat meer dan 75% van de balk nog goed was.
Aan de onderkant van de binnenkant was het hout slecht en dat deel hebben we eruit gehaald om een Stehendes Blatt (verticale halfhoutverbinding) verbinding te maken. Dit is een relatief simpele verbinding die zowel horizontaal als verticaal gebruikt wordt in onderbalken (Schwellen). In het vakwerk in ons rechtergevel zit bijvoorbeeld ook zo’n verbinding.
We konden eventjes buiten aan het vakwerk werken, maar al vrij snel begon het te regenen en zijn we binnen het beoogde stuk nieuwe onderbalk gaan schaven. Dit was een ruw gezaagde balk, die we gladder willen hebben. Na het schaven hebben we de balk op de juiste lengte afgezaagd.
27 juli 2023 – het is even het wachten op wat mooier weer, zodat we hier en daar wat stenen en cementresten kunnen weghalen op de plaats waar de balk komt te liggen. Omdat de balk – net zoals bijna alles hier – niet helemaal recht is, kijken we eerst hoe de balk het best ligt, voor we de verbinding gaan maken waarmee die aansluit op het oude vakwerk.
De resterende tijd zijn we bezig geweest met de ‘hangende staander’. De verwachting was dat een deel nog bruikbaar was en de vraag was hoeveel. Na 2 keer doorzagen was het hout bruikbaar en dat was 1,38 meter van de totale 2,48 meter.
Er moet dus 1,10 meter vernieuwd worden. We gaan het bruikbare stuk omdraaien, zodat de mooiste kant buiten zit en de minder mooie kant – die niet zichtbaar is – binnen.
2 augustus 2023 – in de achtergevel ontbreekt – van buitenaf gezien – de rechter hoekstaander. In de houtvoorraad lag toevallig een vrij goede (rechter) hoekstaander, maar die is helaas ongeveer 25 cm te kort.
3 augustus 2023 – de beoogde staander voor de achtergevel bleek wat minder gebruiksklaar dan in eerste instantie gedacht. Het zou een erg oude staander kunnen zijn, uit het pre-zaagtijdperk, toen ze nog gekapt werden. Na een ochtendje schuren, schaven en hakken lijkt er een bruikbaar stuk uit te halen zijn, wat er hier en daar behoorlijk rustiek uitziet.
De hoekstaander moet een deel van het puntvakwerk dragen en wordt nagenoeg alleen op druk belast. Een halfhoutverbinding moet ook hier kunnen en dus moeten we een stuk balk hebben van ca. 22 cm breed, 16 cm dik en 50 cm lang. Jammer genoeg hebben we geen balk die hier op lijkt en dus gaan we stuk van een oud stuk balk (die we ooit gekregen hebben) gebruiken. De kopmaat is ca. 28 bij 17 en dus groot genoeg.
Het afzagen van een stuk van 50 cm hebben we grotendeels met de hand gedaan, nadat er met de cirkelzaag een zaagsnede op maximale diepte was gemaakt. Het stuk, wat toch nog ca. 17 kilo woog, is aan geen enkele kant haaks of vlak. We hebben geen machine om deze grote bonk te bewerken en zijn met handgereedschap aan de slag gegaan. Dat duurt wel langer, maar het zou moeten gaan.
4 augustus 2023 – nadat er 2 plakken van het verlengstukje afgezaagd waren, begon het op een stukje balk te lijken en was het ook minder zwaar. Aan 3 kanten was het redelijk vlak en de 4e kant hebben we vlakker gemaakt op de freestafel. Een behoorlijk karwei, want het woog toch nog zo’n 18 kilo.
9 augustus 2023 – voor de ramen in de badkamer zitten niet alle regels van het vakwerk op de juiste plaats. De onderste zitten goed, maar de bovenste moeten een stuk naar boven. Dit betekent o.a. dat de oude tapgaten dichtgemaakt moeten worden en hiervoor hebben we een stuk uit een afvalstuk eikenhout gehaald. Als het anti-houtwormspul droog is, dan gaat het in het vakwerk.
Toen ’s middags de zon begon te schijnen, zijn we buiten aan het vakwerk gaan werken. Op de plaats waar de onderbalk moet komen lag het nodige beton, wat bij het maken van het ringanker onder de bekisting door gelopen was. Waar nodig hebben we het weggehaald, zodat het nieuwe stuk onderbalk zo goed mogelijk (waterpas) aansluit op het bestaande vakwerk.
Op de plaats waar het nieuwe stuk onderbalk moet komen, stond nog een schroefstempel, die de puntgevel ondersteunde, in de weg. We hebben er eerst een extra schroefstempel bijgezet en toen de schroefstempel die in de weg stond verplaatst. Er staan nu 3 schroefstempels, waar 2 of 1 voldoende is. Als het nodig is kunnen we er dus 1 weghalen, zonder dat er iets gebeurd.
11 augustus 2023 – het vulstukje, voor het ongebruikte tapgat , hebben we erin geslagen. Het paste redelijk goed. Echt onopvallend is het nog niet, maar dat zal een stuk verbeteren als het hout Oxenblutrot geverfd is.
Het nieuwe stuk onderbalk lag al weer een tijdje te wachten op het vervolg en vandaag was het zover. Daar waar de balk komt te liggen, is de ondergrond verre van vlak en ligt een stuk hoger als de oude balk. Dit komt doordat er altijd al een stuk onderbalk ontbrak en er bij het storten van het betonnen ringanker het nodige beton geknoeid is en keihard geworden is.
We hadden al eerder het nodige weggehakt en vandaag de rest hebben we de rest weggehakt, vandaar de titel ‘gehaktdag’. Het proefliggen was geslaagd; het nieuwe stuk lag waterpas, op dezelfde hoogte als de oude balk en het volgt ook de lijn van de oude onderbalk.
25 september 2023 – om een betere verbinding tussen oud en nieuw te krijgen, hebben we besloten de halfhoutse verbinding van het nieuwe stuk onderbalk van de achtergevel iets aan te passen. Vanwege de plek en de dikte van het hout werd dit ouderwets zagen met een handzaag. Morgen kijken we of het goed genoeg past.
26 september 2023 – het proefliggen van het nieuwe stuk onderbalk is redelijk geslaagd; we hebben het nog iets bijgewerkt. Het sluit niet perfect aan, maar het is goed genoeg voor een oude scheve achtergevel en bovendien wordt het vak nog gevuld. T.z.t. lijmen we de delen aan elkaar met bruislijm, waardoor de spleet kleiner wordt.
Dit stuk balk hebben we bijna helemaal met de hand gemaakt, wat behoorlijk wat tijd kost. We gaan nu 2 kleinere balkjes voor de ramen maken en kijken of bepaalde bewerkingen ook met elektrische zagen / schaven kunnen. Het afkorten en op de juiste dikte schaven ging voorspoedig; morgen de rest.
27 september 2023 – aan het vakwerk van de achtergevel hebben we niets gedaan, behalve de 2e regel op de juiste hoogte geschaafd.
5 oktober 2023 – het buitenvakwerk bij badkamer2 staat ook nog steeds op het programma en vandaag zijn we bezig geweest met de 4 regels boven en onder de 2 ramen. Het liefst zetten we die erin voordat we de ramen bestellen. 2 regels zijn af en de rest komt hopelijk volgende keer.
18 oktober 2023 – het was er een tijdje niet van gekomen, maar vandaag hebben we weer wat aan het vakwerk van de achtergevel gedaan. Uit een eiken balk hebben we een staander van 249 cm lang, 14 cm breed en 11,5 cm dik gezaagd. Dat de balk wat getordeerd was maakte het niet makkelijker en aangezien er voor balken van deze afmeting nog geen goede opstelling van de vandiktebank is, viel die ook af. Op zich ook niet zo erg, want de maatvariatie van het vakwerk is behoorlijk groot en dit valt er binnen.
Tapgaten zijn makkelijk te maken met een kettingfrees, maar die hebben we niet en die komt er gezien de prijs ook niet. Als alternatief hebben we een Forstner bit of boorfrees, met een diameter gelijk aan de breedte van het tapgat. Je kunt het uiteraard ook helemaal met hamer en beitel doen; dat hebben we een keer gedaan, maar dat duurt te lang.
Aan de voorkant / buitenkant moet het vakwerk gelijk zijn en om de gaten makkelijker op de juiste maat vanaf de voorkant te kunnen boren, hebben we een simpele mal gemaakt. Het eerste tapgat ging voorspoedig en de kanten en hoeken hoeven alleen nog recht gemaakt te worden.
19 oktober 2023 – het bleek toch wat meer tijd te kosten om er een fatsoenlijk rechthoekig gat van te maken en over het resultaat zijn we niet ontevreden. Het zit goed vast, recht en haaks. We gaan ervanuit dat de volgende sneller gaan en dat we voor de gaten in de kleinere balkjes de kolomboor kunnen gebruiken.
De volgende ging echter niet sneller; we wilden een balkje gebruiken wat destijds als proef gemaakt was en de maten van de tap waren net wat anders. De Forstner boor die hiervoor nodig was, was verre van scherp, waardoor het een stuk langer duurde. Gelukkig was het resultaat goed; de regel gemaakt van oud sloophout, sloot prima aan op de staander van nieuw hout.
Normaal zou er onder- en bovenaan de staander een tap moeten komen, die dan in het gat van de onder- en bovenbalk vallen. In dit geval gaat dat niet, omdat de bovenbalk er al zit en er dus geen ruimte is om de tappen (elk 6 cm hoog) erin te krijgen.
Om er toch een soort van tapverbinding van te maken, komen hier losse of valse tappen. De gleuf aan de bovenkant is zo goed als af en morgen gaan we dit afmaken.
20 oktober 2023 – na wat gebeitel was het gat voor de losse tap aan de bovenkant van de staander af en kon de tap gemaakt worden. Omdat dit de eerste is, hebben we eerst een proeftap van vurenhout gemaakt. Die paste goed in de staander en ook buiten in de bovenbalk van het vakwerk.
Van het blokje eikenhout – wat ook op de foto staat – kunnen een aantal tappen gemaakt worden. We maken ze met een overmaat van 2 mm en daarna precies op maat per verbinding. Voor het vakwerk van badkamer2 en het terras moeten nog de nodige losse tappen gemaakt worden en het is de moeite waard om te kijken naar de beste methode om de gleuf te maken.
Met een Forstner boor en beitelen gaat het wel, maar het zou sneller moeten kunnen.
Als alternatief begonnen we de volgende met de decoupeerzaag, maar na een veelbelovend begin had de zaag toch teveel moeite om recht en haaks door 14 cm dik eikenhout te komen. De volgende poging was met de invalcirkelzaag. Een proefzaagsnede van 25 mm ging nog goed, maar daarna was het verticaal zagen toch te lastig.
Als laatste hebben we het eerste stuk met de handzaag gedaan en daarna met de decoupeerzaag. Dat ging op zich nog niet zo slecht. Aan het eind (of de onder-/bovenkant) hebben we paar gaatjes van 10 mm geboord en daarna met een beitel het bonkje eruit geslagen. Voor deze staander zit het erop, bij de volgende kijken we wel weer verder.
Aan de bovenkant zit de staander met een losse tap aan de bovenligger, die er nog in zit. Aan de onderkant zit ook een losse tap in het nieuwe stuk onderbalk wat we al eerder gemaakt hebben. Hierin is nu ook een tapgat gemaakt voor de losse tap. We kunnen nu aan de hoek beginnen, met een behoorlijk zware staander en de nodige schoren (schuine balken).
De losse tappen worden met houten pennen aan de balk vastgemaakt. Aan de kant waar normaal ook een pen zit, komt een vakwerkpen. Aan de andere kant, waar normaal geen pen zit, komt een rond stuk eikenhout van 20 mm, wat afgezaagd wordt op de balk, zodat je het niet of nauwelijks meer ziet als het vakwerk Oxenblutrot geverfd is.
De verbindingen hoeven ook niet van meubelmakerskwaliteit te zijn, want uiteindelijk is alleen de voorkant zichtbaar als de vakken gevuld zijn. Van belang is, dat de voorkant van al het hout zoveel mogelijk gelijk is en een centimeter meer of minder verschil aan de achterkant maakt niet uit. In bepaalde tappen moet ook wat speling komen, om het erin te krijgen. Het deel van het vakwerk dat er nog in zit staat namelijk behoorlijk scheef en het vernieuwde stuk moet hierop aansluiten.
25 oktober 2023 – de oude hoekstaander die we voor het vakwerk in de achtergevel willen gaan gebruiken is te dik. De originele dikte van ca. 17 cm past hier niet en moet afgeslankt worden tot ca. 13-14 cm. Het lastige hierbij is, dat de balk niet vlak en haaks is en je niet zondermeer kan gaan zagen. Verder is de balk ca. 20 cm dik en hier moet de zaag dus doorheen. Voor de combinatie van dikte en gewicht hebben we (nog) geen geschikte zaag.
De poging met een kettingzaag strandde al vrij snel, want het oude eikenhout was veel te hard voor de zaag, die overigens met name bedoeld is voor snoeiwerk in de tuin. De vaste zagen waren ook geen optie. Van een soort overmaatse mecano hebben we een frame gemaakt en daarin de bovenfrees gezet en het vlak gefreesd. Dat duurt wel even, maar het resultaat is prima bruikbaar. In een vakwerkconstructie is een afwijking van een halve millimeter geen enkel probleem.
Het vakwerkhout aan de buitenkant krijgt uiteindelijk de kleur Ochsenblutrot (ossenbloedrood) of Oxidrot (RAL 3009), maar voordat de lijnolieverf die we hiervoor gebruiken erop kan, gaat er eerst Halböl op, als een soort primer.
26 oktober 2023 – de ochtend werd gebruikt om de hoekstaander beter passend te krijgen. Het eerste probleempje was, welke kant, of stuk van een kant, het uitgangspunt voor het op maat maken zou worden? De balk is namelijk niet recht, getordeerd en ook verre van haaks. Uiteindelijk hebben we een deel van een kant als basis genomen en hebben een bobbel van ca. 1,5 cm vlak(ker) gefreesd.
We gaan wel t.z.t. de geleide-/sledeconstructie voor de frees aanpassen en denken o.a. aan een min of meer vaste opstelling voor de frees, waar de balk los tussen ligt. Dit zou een hoop insteltijd moeten besparen.
27 oktober 2023 – omdat we nog de nodige oude en nieuwe balken moeten bewerken, hebben we besloten om de freesgeleider aan te passen tot een meer algemeen bruikbare versie. Met draadeinden M10 en vleugelmoeren aan de onderkant is de langsgeleiding nu aan de werktafel vastgemaakt, in plaats van met lijmklemmen aan het hout.
Om het zo stabiel mogelijk te houden, gaan de draadeinden door de blokjes heen waarmee de basishoogte wordt ingesteld. Eventueel kun je ook een plank onder het hout wat bewerkt wordt leggen, om de hoogte te veranderen.
Met deze nieuwe constructie is de achterzijde van de hoekstaander vrij snel vlak gemaakt. Hierop kunnen we nu met de cirkelzaag en de zaaggeleider een plak van de zijkant afzagen en de staander verder op maat maken. Als dat gedaan is, dan kan het verlengstuk er aan gezet worden.
28 oktober 2023 – het verder vlak en op maat frezen van de hoekstaander stond op het programma. Dit ging goed met de nieuwe opstelling, al hebben we al weer allerlei ideeën voor een verbeterde versie. Dit zal waarschijnlijk samengaan met het maken van een nieuwe werkbank/-werktafel; iets wat ook al geruime tijd op het programma staat.
De voorkant van de staander is af en de achterkant, waar op sommige plaatsen bijna 2 cm af moet, schiet aardig op. Tot nu toe hebben we een accufreesmachine gebruikt en we gaan nu eens proberen of het sneller gaat met een 220V freesmachine. Hopelijk kan er dan per keer meer af.
7 november 2023 – met aangepast gereedschap gaan we verder met de hoekstaander; de niet-accufrees moet de snel leeg rakende accu’s vervangen en met een afvlakfrees van 57 mm moet het aantal bewegingen over de balk sterk verminderen. Voor delen waar zo goed als zeker geen spijkers e.d. in zitten, hebben we een extra brede elektrische handschaaf.
Met het nieuwe / aangepaste gereedschap kwam de snelheid er goed in. Naast elektrische aanpassingen, hebben we de eerste ca. anderhalve centimeter er – meer in de stijl van de oorspronkelijke bouw – met hamer en beitel afgehaald.
Het spreekwoord “Waar gehakt wordt vallen spaanders” had vandaag z’n letterlijke betekenis, want door het handmatige gehakt, was de vloer bezaaid met eiken spaanders. Ideaal voor het roken van vlees of vis, of als aanmaakhout voor houtkachel of barbecue.
Dat de hoekstaander ongeveer op dikte was, betekende niet dat hij af was. Het verlengstuk moest er nog op en we zijn begonnen aan een soort van halfhoutse verbinding. We kregen het niet helemaal af, maar het begin is er.
Morgen verder en dan kijken we ook hoe we de delen aan elkaar vastmaken en moet het lange stuk net zo breed worden als het verlengstuk.
8 november 2023 – vandaag het vervolg van de staander, waar we niet begonnen zijn met het aan elkaar maken, maar met het maken van het sleufgat voor de losse tap aan de bovenkant van het verlengstukje. In gedachte was dit geen lastig klusjes, maar de werkelijkheid was – niet voor het eerst – wat anders.
Het eikenhout was keihard en leek nog harder dan het harde eikenhout waarmee we al eerder aan het stoeien geweest zijn. Wat het lastiger maakte, was dat dit gat in de kopse kant van het hout moest komen.
De boorfrezen hielden het snel voor gezien en de scherpte leek per omwenteling af te nemen. Ook een kleiner freesbit op de bovenfrees gaf snel de geest en handgereedschap had er ook grote moeite mee. Toch wilde we voor de koffiepauze het gat af hebben; dat lukte, maar de koffiepauze begon wel wat later.
Het aparte van dit sleufgat is, dat het maar in een deel van de balk zit. Dit is omdat de hoekstaander aan het eind van het vakwerk zit en dat we liever niet willen dat je het ziet vanaf de kant waar geen vakwerkvulling zit, zodat het lijkt alsof er een “echte” hoekstaander staat.
Het gat is hier bovendien wat groter, omdat we nog niet precies weten waar we uitkomen bij de bovenbalk. Het sleufgat in de bovenbalk is ook nog beschadigd, toen jaren geleden een stuk wand naar buiten viel.
Dit betekent dat er gelukkig maar 1 zo’n lastig gat is! Het sleufgat aan de onderkant van de staander is weliswaar ook niet doorlopend, maar kan kleiner gemaakt worden, omdat het aansluit op het nieuwe stuk onderbalk wat we gemaakt hebben. Niettemin is ook dit kops hout en is het stuk balk, vanwege lengte en gewicht, wat lastiger te hanteren.
Hoewel het ook oud eikenhout was, was het lang niet zo hard, wat makkelijker werken was. Wat niet makkelijker was, waren de spleten, die ook op de plek zaten waar het sleufgat moest komen. Het gat kreeg hierdoor een ongeplande breedte en dus moet de losse tap en het gat in de onderbalk hierop aangepast worden.
Wie wat bewaard heeft, heeft wat en omdat we bijna al het eikenhout (ook afvalachtig) bewaren, was er snel een blokje gevonden waar de losse tap uitgehaald kon worden. Het blijft verbazingwekkend dat er mooie stukken hout uit ogenschijnlijk afval gehaald kan worden. Na wat gezaagd was er een bruikbare tap, die er goed in paste, hetgeen prima te zien is op een onscherpe foto.
De rest van de werkdag werd gevuld met het zo goed mogelijk passend maken van de halfhoutse verbinding, iets wat een hele uitdaging is bij oud eikenhout, wat bovendien niet recht, niet haaks, maar wel getordeerd is. We zijn tevreden met het resultaat, temeer omdat het hout uiteindelijk geverfd wordt in de kleur Ochsenblutrot (lijkt erg op RAL 3009 of 3004).
Daarnaast zit de hoekstaander op de 1e verdieping, waardoor de verbinding op ca. 4,5 m hoogte zit en niet van dichtbij te zien is.
De hap die t.b.v. de verbinding uit het grootste stuk van de hoekstaander is gehaald, zat op een plek waar het hout niet al te best was. Op zich kwam dat dus goed uit, maar voor de zekerheid hebben we het hout aan beide kanten in de verbinding behandeld met anti-houtwormspul. Het is niet de bedoeling dat er van binnenuit aan geknaagd wordt.
9 november 2023 – het aan elkaar maken van de 2 stukken voor de hoekstaander stond op het programma. Behalve dat we hiervoor vochtbestendige licht opschuimende PU-lijm gebruiken, komen er ook 2 eiken pennen met een diameter van 20 mm in. Deze pennen met een lengte van ca. 20 cm worden er vanaf de kant van de toekomstige vakwerkvulling ingeslagen en omdat ze net niet helemaal doorlopen, zie je er aan de buitenkant niets van.
De gaten in de eerste balk hebben zijn geboord en als de lijm droog is, boren we de gaten verder in de tweede balk en komen de pennen erin. Voor extra stevigheid zijn de gaten iets schuin geboord. Echt nodig zal dit niet zijn, omdat de staander uiteindelijk alleen op druk belast wordt. De stevigheid is vooral bedoeld voor de montage, waar zeer waarschijnlijk wel wat stevige meppen nodig zijn om de boel op de juiste plek te krijgen.
Afhankelijk van de meetplek is de uiteindelijke staander (niet-)recht, (niet-)vlak en (niet-)haaks. Ook de plaats en het aandraaien van lijmklemmen beïnvloed de metingen. Vooraf hebben we een proeflijming gedaan, om te kijken waar er lijmklemmen moeten komen. Hierbij lag het accent op de voorkant, die zichtbaar blijft en minder op de zijkanten, die niet of nauwelijks zichtbaar zijn. De achterkant speelt helemaal geen rol, want daar zie je uiteindelijk niets van.
De proef zag er goed genoeg uit, hopelijk gaat het net zo in het “echt”.
Na de koffie was het zover, de proefklemmen gingen eraf, de lijm erop en daarna de klemmen. Zoals verwacht zat het hout toch weer net ietsje anders, maar er was geen weg terug meer. Binnen 10 minuten moest het goed zitten. Dat lukte aardig (denken we), maar door de vele lijmklemmen was het lastig om te kijken of alles recht zat.
Het is nu afwachten tot morgen.
Bewust was eerst het sleufgat onderaan de hoekstaander gemaakt, omdat oud eikenhout lastig te bewerken is. Het werd een groter gat met een overmaatse tap en eenzelfde gat moet in de onderbalk gemaakt worden. Het nieuwe stuk onderbalk is van nieuw eikenhout en het maken van het sleufgat ging een stuk makkelijker en sneller.
Hiermee zijn de rechte stukken vakwerk met haakse verbindingen bijna af; nog 1 regel met 2 valse tappen. De regel is op lengte gezaagd, nu nog de breedte en de tapgaten.
Daarna zijn de schoren (schuine balken) aan de beurt. Dit wordt een heel ander verhaal, want vanaf papier maken kan hier eigenlijk niet. We gaan het deel wat klaar is in elkaar zetten, zodat we precies weten hoe lang de schoren moeten worden en welke hoeken ze moeten hebben.
Er waren al gewone tappen, valse tappen en losse tappen en sinds vandaag zijn er ook halve tappen. Bij het testpassen van de overmaatse in de onderbalk, brak de tap door midden. Er zat al een scheur in vanaf het begin en die was verder gescheurd. Aan het kleurverschil was te zien dat de oorspronkelijk scheur al vrij diep was. Mogelijk lukt het ook met halve tappen, maar voor de zekerheid hebben we de stukken maar gelijmd.
10 november 2023 – het was even spannend hoe de staander uit de lijmklemmen zou komen, maar gelukkig bleek vrij snel, dat het goed gegaan was. De zichtbaarheid van de naden valt mee en als de staander geverfd is en vanaf afstand bekeken wordt, zal het niet echt opvallen.
Het is overigens ook niet zo erg als de naad wel een beetje zichtbaar blijft, want wel vaker zie je aan elkaar gekoppelde balken in een vakwerk, al is dat veelal horizontaal en niet verticaal zoals hier. Behalve optisch, zaten de delen ook behoorlijk recht en in lijn aan elkaar.
Nadat de lijmresten verwijderd waren, was het tijd voor de pennen. Het dieper boren van de gaten lukte wel, maar boor en boormachine hadden wel wat moeite met het oude eikenhout,
Omdat de lijmpatroon van gisteren nog in het kitpistool zat, dachten we de penverbinding extra sterk te maken door lijm in het gat te doen. Dat bleek een slecht idee, want al na een centimeter of 5 (van de 20) zaten de pennen muurvast. Met eerst de moker en daarna een voorhamer van 10 kilo gingen de pennen nog een paar centimeter verder, maar toen was het gedaan.
We bedachten ons – wat aan de late kant – dat pennen in vakwerk nooit gelijmd worden en toch voor een stevige verbinding zorgen. Nadat er 2 nieuwe gaten geboord waren, gingen we aan de slag met 2 nieuwe pennen zonder lijm. Dat ging beter, totdat de pennen bij het oude hout aankwamen. Alles zat weer muurvast en ook na gemep met moker en voorhamer gaven de pennen geen kik (en de gelijmde verbinding gelukkig ook niet).
Een geoliede pen leek ons iets teveel van het goed, maar bij de 5e poging hebben we de pen in de impregneerolie gezet en er een wat grotere zoekrand aan gevijld. Deze combi bleek te werken, want de pen ging er helemaal in met de houten hamer,
De lijmverbinding is inmiddels dermate goed “getest”, dat we het vooralsnog bij deze ene pen laten. Als we een keer om werk verlegen zitten, kunnen we altijd nog 1 van de nutteloze pennen uitboren, maar dat gaat waarschijnlijk niet gebeuren.
Ook het resultaat van het andere lijmwerk (de gebroken tap) was goed en hij kon gebruikt worden nadat de lijmresten verwijderd waren. De eerste test waarbij de staander met deze tap op de onderbalk gezet is, was goed. De ca. 2,5 meter lange en 55 kilo zware staander bleef los op de onderbalk staan.
De staander stond vrij goed waterpas aan alle kanten, maar de spleet tussen staander en onderbalk was te groot. De staander ging er weer af en het tapgat is aan de onderkant ietsje brede gemaakt. De 2e poging was beter en voor de zekerheid zit de staander met een lijmklem aan een balk vast.
Een tijdje geleden hadden we een nieuwe staander voor naast het raam gemaakt en we waren benieuwd of die ook zou passen. De onderbalk is namelijk behoorlijk getordeerd op de plek waar die 2e staander komt en hierdoor staat de staander behoorlijk scheef. Nadat er aan 1 kant een stukje van de staander afgezaagd was, stond hij prima waterpas.
Nu zijn de schoren aan de beurt en de lat geeft aan hoe de langste schoor ongeveer moet komen. We hebben een eiken balk die waarschijnlijk lang genoeg is, maar we moeten dan wel van ca. 15×15 een 11,5×13 balk maken. Iets wat niet mee zal vallen, omdat de balk verre van recht en maatvast is.